Skip links

Maculaire aandoeningen

Bijgewerkt op

13. okt 2022

Epiretinale gliose

Epiretinale gliose is de afzetting en vorming van bindweefselmembranen op het oppervlak van het netvlies. Als zich gliose vormt in het gebied van de macula, kan de oppervlaktecontour van de macula, en in het bijzonder de depressie van de visuele pit in ons gezichtscentrum, de fovea, sterk worden vervormd door deze membranen. Dit slaat dan over op het geziene beeld, patiënten lijden aan metamorfopsie, wat vervorming en/of kromming van objecten/voorwerpen veroorzaakt.

Netzhaut - Gesund

Gezond netvlies

Epiretinale Gliose

Epiretinale Gliose

Gewoonlijk worden rechte lijnen niet meer als recht maar als gebogen waargenomen. Dit kan worden getest met een Amsler-rooster, dat een klein raster bevat met een centraal punt voor fixatie. Zo kunnen patiënten ook thuis hun metamorfopsie volgen in een zelftest.

Indien een patiënt in sterkere mate lijdt aan de gevolgen van gliose (slechtziendheid, metamorfopsie die zeer storend is in het dagelijks leven), is behandeling door middel van een operatie mogelijk. In dit geval wordt het glasachtig lichaam verwijderd in een pars plana vitrectomie (PPV), zodat de membranen vervolgens met een zeer fijn pincet van het netvlies kunnen worden verwijderd.
Hierdoor kan het netvlies "ontspannen" en terugkeren naar zijn oorspronkelijke anatomische vorm. Zo kan de gezichtsscherpte worden gestabiliseerd, in sommige gevallen zelfs verbeterd, en de metamorfopsie worden verminderd door middel van een operatie.

Vitreomaculaire tracties/maculair foramen

In de loop van het leven krijgt iedereen te maken met een inkrimping van het glasachtig lichaam en dus ook met glasvochtloslating. Dit is wanneer een "kleverige" verbinding tussen het glasachtig lichaam en het netvlies loslaat. Als dit niet volledig gebeurt, kan een sterk trekkend effect (tractie) ontstaan op de punten van het netvlies waaraan het glasachtig lichaam nog kleeft.

Netzhaut - Gesund

Gezond netvlies

Vitreomakuläre Traktionen

Vitreomaculaire tracties

Dit kan aanzienlijke metamorfopsie veroorzaken (d.w.z. vervormd zicht op eigenlijk rechte lijnen, vergelijkbaar met epiretinale gliosis) door de vervorming van de visuele fossa. In sommige gevallen is het trekkende effect zo sterk dat het netvlies scheurt. Als dit in het perifere gebied gebeurt, kunnen uit deze netvliesgaatjes (retinale foramen) netvliesloslatingen (amotio of ablatio genoemd) ontstaan.

In het maculaire gebied wordt een maculair foramen gevormd, de patiënten lijden aan een aanzienlijk verlies van gezichtsscherpte en een centraal scotoom (klein gezichtsveldverlies in het centrum van het gezichtsveld), dat wordt veroorzaakt door het "uitgescheurde" netvlies. In het geval van een tractie zonder maculair gaatje kan een therapie met een injectie van een enzym (Jetrea) in de glasvochtholte mogelijk leiden tot een verdere afbraak van de glasvochtstructuren en de daaruit voortvloeiende loslating van de tractie. Vaak lossen dergelijke tracties zelfs spontaan op zonder verdere behandeling.

Makulaforamen

Maculair foramen

Als een therapie met Jetrea niet veelbelovend wordt geacht of als er ondanks de behandeling geen succes is, kan ook hier een pars plana vitrectomie (PpV) worden toegepast. Bij deze procedure worden resterende slierten glasvocht die aan het netvlies kleven verwijderd en vaak wordt de bovenste laag van het eigenlijke netvlies, de mebrana limitans interna (ILM), verwijderd met een peeling (afpellen met een fijn pincet). Door de glasvochtholte vervolgens te vullen met gas of, in zeldzame gevallen, siliconenolie, worden de randen van het gat terug tegen het netvlies gedrukt, zodat het zich kan sluiten wanneer de wond begint te genezen.
In het geval van grotere maculaire gaatjes moeten speciale technieken worden gebruikt om deze ook weer volledig te sluiten. Bij de inverted-flap techniek wordt het ILM niet volledig verwijderd, maar wordt een centrale ILM-flap losgemaakt en op het gatgebied gevouwen, zodat het een geleidende structuur vormt voor de wondgenezing.

Door medicijnen veroorzaakte maculopathieën

In principe heeft elk medicijn bijwerkingen. Er zijn geneesmiddelen die ook bijwerkingen op de ogen kunnen veroorzaken. Naast schade aan de oogzenuw (optische atrofie) is vooral de macula een mogelijk doelwit van bijwerkingen. De veranderingen hier zijn het gevolg van een schadelijk effect van de medicatie op de zintuig- en/of pigmentcellen in het gebied van het gezichtscentrum.

Chloroquin - Andere maculaire aandoeningen - Augenärzte Gerl & Kollegen

De belangrijkste geneesmiddelen in de dagelijkse medische praktijk die tot maculopathie kunnen leiden zijn chloroquine/hydroxychloroquine en tamoxifen. Chloroquine en hydroxychloroquine zijn eigenlijk antimalariamiddelen, maar worden soms gebruikt voor de behandeling van huidziekten of als antireumaticum. Het is belangrijk op te merken dat er gewoonlijk een cumulatieve totale dosis of een bepaalde dagelijkse dosis nodig is om veranderingen in de macula teweeg te brengen. Hydroxychloroquine wordt hier veiliger geacht. Kenmerkend voor deze veranderingen is de vorming van een "schietschijf" macula, die zich uit in een ringvormige atrofie rond de fovea.

Tamoxifen is een anti-oestrogeen en wordt toegediend ter ondersteuning van de behandeling van borstkanker. Dit leidt tot de vorming van fijne, kristallijne afzettingen in het netvlies. Voor patiënten die dergelijke medicijnen moeten gebruiken, zijn regelmatige oogheelkundige onderzoeken, vaak met speciale diagnostische beelden, dan ook van essentieel belang.

Lees meer

Diabetische Netzhautveraenderungen - Andere maculaire aandoeningen - Augenärzte Gerl & Kollegen

Diabetes en het oog

Diabetes en het oog, diabetische retinopathie (netvliesaandoening) is vooral een aandoening van de kleine bloedvaten (capillairen) van het netvlies. De

Lees verder »

Table of Contents

Explore
Drag